Één van de grootste nachtmerries denkbaar, is werkelijkheid geworden.
Op 6 februari 1945 valt er een geallieerde bom midden in de
Kattekampen. Deze had terecht moeten komen op de Willem III kazerne
twee honderd meter verderop, maar kwam te vroeg in de Reigerstraat
terecht. De familie Barendregt woonde daar op nummert 9. Ze weten zich
op tijd in veiligheid te brengen. Eén van de dochters verklaart later
het volgende:
“Door het alarm gewaarschuwd, zaten wij in de kelderkast onder de
trap. Dat is ons geluk geweest, want werkelijk alles lag in puin.
Ikzelf ben er door wat eens de keuken was uitgekropen. Als door een
wonder zijn wij er levend uitgekomen. Mijn moeder was acht maanden
zwanger en is met behulp van anderen uit de puinhoop gekomen”.
Helaas overlijden 3 buurtbewoners tijdens het bombardement. Hun namen
staan voor altijd in de tekst van de oorkonde.
Het was nog geen 10 uur, en er komen 20 vliegtuigen over, wij staan ze
te tellen, en ongeveer bij Hoevelaken komen er een stuk of wat terug.
Een duikt er onze kant op, wij vliegen naar binnen, achter de divan,
mevr. De Haas naar huis, moeder gooit gauw de ramen en deuren open,
daar horen we een knal, de kachel springt een eind de lucht in, Tinie
ligt te schreeuwen, ons huis ligt in puin en ik zei maar, doe toch
niet zo gek, wees toch stil, schreeuw niet zo enz.
(Als het stil is ligt Greet nog achter de divan met opoe bovenop zich
die niet aan de kant wil, Tinie en moeder zijn naar buiten.)
Eventjes later komt Tinie binnenvliegen, kom gauw, bij Barendrecht
zitten ze onder het puin.
(Greet duwt opoe van zich af en baant zich langs brokstukken en kalk
een weg naar buiten) Buitengekomen zag ik de huizen aan de overkant in
de prak liggen, ik zag nog juist Pukkie en Beppie Barendrecht onder
het puin uitkruipen. Tinie stond bij Gerie van de Bey want z’n moeder
lag er onder, en die hoorden ze kreunen.
(Ook het huis van de familie Bouma is zwaar beschadigd, de familie
verzameld zich en begint met opruimen.)
In de woonkamer was de schoorsteen weggeslagen, de lampen gevallen,
glas en in het middenruit zat er karton voor, zaterdags was er op de
kazerne al een bom gevallen, was er ook allemaal uit. Boven op onze
kamer was het verschrikkelijk, een ravage van belang. Een stuk muur
weggeslagen, boekenplank van de muur, scherf dwars door een oorkonde
gegaan, en die hing nog. Er lag een heel dik vloerkleed van kalk en
plafond op de grond. Beneden een scherf door het theemeubel, glaswerk
kapot op de 2e plank, servies op de 1e plank niet.
Oom Adriaan zat in minder dan geen tijd op het dak om de pannen goed
te leggen, als ze nog heel waren tenminste.
(Er is veel hulp en het huis is snel zo goed mogelijk opgeruimd en
weer leefbaar)
Toen gingen wij eens goed het puin en de huizen bekijken, het was
gewoon verschrikkelijk, 10 onbewoonbaar, 1 helemaal in de prak, de 2
aan de kant stonden nog zo’n beetje, nu zijn ze allemaal afgebroken.
Ons huis was het 1e dat weer bewoonbaar was, van onze kant dan.
Mevrouw van Gelder woont er ook nog, die heeft de achterkamer en
keuken in orde. Verders is alles bij haar onbewoonbaar. Bij ons in de
gang en in de buitenmuur zitten hele grote gaten van de bomscherven.
De eerste dagen waren Tinie en ik als de dood voor vliegtuigen. Twee
doden en 1 zwaargewonde, 2 gewonde, 1 lichtgewonde. De volgende morgen
is meneer de Goederen overleden, dus 3 doden.